Bij euthanasie dragen patiënt en familie ook verantwoordelijkheid

Terecht constateert Wilfred van der Bles in ‘Een alternatieve route naar de dood’ (Trouw, 11 augustus) dat er over beslissingen rondom het levenseinde vele misverstanden heersen.

Zijn bijdrage maakt duidelijk dat palliatieve sedatie ten onrechte vaak als een verkapte vorm van euthanasie wordt gezien, en legt de verantwoordelijkheid voor het oneigenlijk gebruik van deze medische handeling primair bij de arts. Zodra huisartsen meer van palliatieve sedatie afweten en minder toegeven aan de druk van patiënt of familie, zal vanzelf worden ingezien dat palliatieve zorg geen ‘alternatieve route naar de dood’ mag zijn. Het lijden verzachten mag, maar niet om het leven te bekorten.

Het is een wat eenzijdige analyse, meen ik. Dit inzicht zal de druk die op huisartsen wordt uitgeoefend om toch ‘in te grijpen’ niet doen afnemen. Het eigenlijke probleem, de subjectieve onmacht om het stervensproces van naasten te verdragen, wordt er immers niet door geraakt.

Maar al te vaak drukken schijnbaar objectieve uitlatingen als ‘dokter, dit is toch geen leven meer?’ vooral de eigen onmacht uit. Een antwoord van procedurele aard–’palliatieve sedatie is geen wettige vorm van euthanasie’–biedt daarop weinig soelaas. Bovendien, familie meent veelal dat de patiënt op enig gewenst moment zijn of haar recht op euthanasie kan doen gelden, hoe deze verder ook feitelijk wordt uitgevoerd. Ter illustratie een kras voorbeeld uit de praktijk van mijn echtgenote. Een kleinzoon van een stervende, hoog-bejaarde vrouw nam mijn vrouw apart en vroeg: ‘Dokter, kunt u haar iets geven om er een einde aan maken?’ Mijn vrouw antwoordde dat dit niet mag, want dan overtreedt ze de wet. ‘Nou, en?’, was de reactie.

Maar weinigen beseffen dat alle zorgvuldigheidseisen die de wet aan euthanasie stelt betrekking hebben op de arts, niet op de patiënt of zijn familie. Euthanasie is strafbaar, tenzij de arts aan alle zorgvuldigheidseisen heeft voldaan. Zo zal de arts bijvoorbeeld alleen maar dan kunnen worden uitgesloten van strafbaarheid wanneer hij of zij er van overtuigd mocht zijn dat er sprake was van uitzichtloos en ondraaglijk lijden van de patiënt. Strikt genomen doet de mening van de patiënt zelf, of van zijn of haar naasten, niet ter zake. Dat euthanasie een recht of plicht zou zijn is daarom het ware misverstand.

Inzake de euthanasiepraktijk zijn niet alleen artsen verantwoording schuldig. Ook de zorgvuldigheid en verantwoordelijkheid van patiënten en familie tegenover hun arts dient in de beschouwing te worden betrokken.

Dagblad Trouw, 16 augustus 2007
Wilfried van der Bles: Een alternatieve route naar de dood (Dagblad Trouw, 11 augustus 2007)
0

Geef een reactie